Onderhoud dijken
Rijnland en eigenaren van een stuk grond met een dijk (kade) zijn samen verantwoordelijk voor het onderhoud aan de dijken. Rijnland controleert de dijken elk jaar. Waar nodig worden dijken hersteld of verbeterd. Zo blijven we beschermd tegen overstromingen.
Rijnland doet het buitengewoon onderhoud
Rijnland brengt de dijken op juiste hoogte en verzwaart of verbreedt ze waar nodig. De komende jaren gaan we vele dijken en kades in ons gebied verbeteren.
De eigenaar van de dijk doet het gewone onderhoud
Met gewoon onderhoud wordt de dijk in een goede staat gehouden. Denk hierbij aan:
- gras maaien
- beschadigingen herstellen
- grasmat in stand houden
- wild bestrijden (bijvoorbeeld muskusratten en konijnen)
De eigenaar van het stuk land met de dijk is altijd verantwoordelijk voor het gewone onderhoud aan de dijk. Ook als de grond door iemand anders wordt gebruikt. Lees meer in de folder 'Wonen aan de dijk' die je onderaan de pagina kunt downloaden.
Elk jaar controleert Rijnland de dijken
Bij de controle wordt gekeken naar:
- ingetrapte, afgetrapte of afgekalfde oevers
- bomen die een gevaar vormen
- slechte grasmat
- te hoog gras of onkruid
- wildgroei van bomen en struiken
- schade door vee en voertuigen
Dit zijn risico's voor de veiligheid van een dijk. Het maakt ook het controleren van een dijk moeilijker. Lees meer over de risico's in de folder 'Dijkonderhoud door eigenaren' die je onderaan de pagina kunt downloaden.
Bij achterstallig onderhoud krijgt de eigenaar van de dijk bericht
Na de jaarlijkse dijkcontroles stuurt Rijnland een brief waarin staat wat er aan onderhoud moet gebeuren en voor welke datum dat moet zijn uitgevoerd. Na deze datum doet Rijnland een tweede controle. Als het onderhoud dan nog niet is gedaan, start Rijnland een handhavingstraject.
Gebruik klei om beschadigingen aan de dijk te herstellen
Het is niet toegestaan om bagger uit de sloot te gebruiken voor de herstelwerkzaamheden.
Buitentalud en kruin moet met erosieklasse 1 klei
Het herstel van de buitentalud en de kruin van de dijk moet gebeuren met 'erosieklasse 1 klei'. Deze klei heeft een certificaat, zodat je zeker weet dat je de juiste klei gebruikt. Het is klei van natuurlijke oorsprong, bijvoorbeeld rivierklei. Het mag niet vermengd zijn met planten- en boomresten, andere grondsoorten, zand of puin.
Let op: Voor de veiligheid van de dijk is het belangrijk dat je deze klei gebruikt. Rijnland komt dit controleren. Heb je andere klei gebruikt, dan moet je dit vervangen door de juiste kleisoort.
Binnentalud mag met andere kleigrond
Voor herstel van de binnentalud van de dijk mag je ook klei met een beetje zand gebruiken. Dat mag omdat de binnentalud geen waterkerende functie heeft.

- Kruin: het bovenste deel van de dijk. Hier loopt soms een weg of fietspad overheen.
- Buitentalud (1): de helling aan de buitenkant van de dijk. Hier slaat het water tegenaan. Het buitentalud moet sterk zijn.
- Binnentalud (2): de helling aan de binnenkant van de dijk. Het binnentalud houdt de dijk stabiel en vang golven op die over de dijk heenkomen.
Aandachtspunten bij de herstelwerkzaamheden
- Werk met vochtige klei en breng dat in lagen aan.
- Druk de lagen klei aan met bijvoorbeeld de bak van een kraan.
- Zaai gras in na het aanbrengen van de klei. Dit voorkomt erosie door regen en wind.
- Span eventueel schrikdraad om vee van de dijk te houden.
Er gelden regels voor het plaatsen van een beschoeiing, hek of schrikdraad
Op onze pagina Vergunningen staat meer informatie over de regels die gelden. Daar vind je ook een link naar de vergunningencheck. Dit is een hulpmiddel om te bepalen aan welke Rijnlandse regels je moet voldoen.
Dijken en kades beschermen ons tegen overstromingen
Rijnland ligt grotendeels onder de zeespiegel. Op sommige plekken tot wel 6 meter. Het is dus belangrijk dat we de dijken en kades in ons werkgebied (in totaal ruim 1200 kilometer) op orde houden.