
Wet Natuurbescherming
Met droge voeten als een van onze hoofdtaken, kunnen wij nooit helemaal voorkomen dat er verstoring optreedt aan de flora en fauna in en om het water. Wij doen er alles aan de inbreuk tot een minimum te beperken. Daarbij houden wij ons aan de wettelijke voorschriften en hanteren een speciale gedragscode.
Soortenbescherming
In de Wet Natuurbescherming staat een speciaal onderdeel over soortbescherming. Deze ziet toe op duurzame instandhouding van dier- en plantsoorten in Nederland. Het uitgangspunt: in de buurt van alle in het wild levende planten en dieren gaan we natuurvriendelijk te werk. En werkzaamheden die het voortbestaan van beschermde planten en diersoorten in gevaar kunnen brengen, zijn verboden.
Van het verbod op schadelijke handelingen kan onder voorwaarden worden afgeweken door middel van een ontheffing. De gedragscode voor waterschappen is een vorm van zo'n ontheffing.
Vrijstelling
Om werkzaamheden toch uit te voeren, moet doorgaans een ontheffing worden aangevraagd. In bepaalde gevallen betreft het een uitzondering en geldt een vrijstelling. Het gaat dan om handelingen die een wettelijk belang vertegenwoordigen. Zoals bijvoorbeeld de openbare veiligheid of het voorkomen van schade aan watergangen. Er hoeft dan geen ontheffing te worden aangevraagd.
Dat is het geval als waterschappen het gebruikelijke beheer en onderhoud plegen aan vaarwegen, watergangen, waterkeringen en waterstaatswerken. Dit moeten wij dan wel doen volgens een door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit goedgekeurde gedragscode. Rijnland werkt daarom met de gedragscode Wet Natuurbescherming voor waterschappen. De verstoring van vogels, vissen, amfibieën en beschadigen van planten wordt op deze manier zo veel mogelijk beperkt. Onderaan de pagina kun je de gedragscode downloaden.
Meer informatie vind je in de brochure Buiten aan het werk die je hieronder kunt downloaden. Of op de website van het ministerie van Landbouw, natuur en voedselkwaliteit.
Gedragscode
Rijnland past de voorschriften uit de gedragscode bij het onderhouden van watergangen toe door:
- zo veel mogelijk in de voorkeursperiode (15 juli t/m 1 november) onderhoud plegen;
- met een zo laag mogelijke frequentie onderhoud plegen;
- zo laat mogelijk in het jaar beginnen met het onderhoud;
- een zo groot mogelijk deel van de natte oevers, droge oevers en waterbodem sparen door een zo klein mogelijk deel van de watergang te onderhouden (alleen dat deel dat strikt noodzakelijk is voor de aan- en afvoer van water.
Om het leefgebied van de groene glazenmaker (een libelle) te beschermen, gelden er andere onderhoudseisen aan het krabbenscheer. Wat de regels zijn, kun je hieronder downloaden.
Veelgestelde vragen over baggeren in flora en fauna tijd
Bagger bestaat uit afgevallen bladeren en aangevoerd slib. Als we dit laten liggen, raken de sloten verstopt en wordt de waterstroom verstoord. Het baggeren van sloten draagt bij aan een verbetering van de waterkwaliteit en de aan- en afvoer van water. Door regelmatig de watergangen te baggeren, voorkomen we wateroverlast en dragen we bij aan een aangename leefomgeving voor mensen, dieren en planten.
De broedperiode van vogels loopt van februari t/m augustus. Indien er beschermde amfibieën zijn, met uitzondering van de rugstreeppad, is het toegestaan om werkzaamheden uit te voeren tussen september en 1 februari. In Natura2000 gebieden kunnen gebied specifieke beperkingen gelden voor de uitvoeringsperiode van onderhoudswerkzaamheden.
Omdat baggeren met de juist voorzorgsmaatregelen goed mogelijk is zonder schade toe te brengen aan beschermde flora en fauna. Door met regelmaat te baggeren, verbeteren we de opslag- en doorstroming capaciteit en de waterkwaliteit van een watergang. Door te werken volgens de gedragscode Wet Natuurbescherming brengen wij geen schade toe aan beschermde flora en fauna en blijft het watersysteem op orde.
De Gedragscode Wet Natuurbescherming - onderdeel soortbescherming is op 22 januari 2019 goedgekeurd door de Minister van LNV. Door te werken volgens deze gedragscode zijn waterschappen voor werkzaamheden in het kader van bestendig beheer en onderhoud vrijgesteld van een ontheffingsaanvraag soortbescherming.
Het onderhoud baggeren van wateren is een handeling die onder de gedragscode valt. Jaarrond baggeren is toegestaan onder voorwaarden. Deze voorwaarden zijn overgenomen in het Rijnlandse werkprotocol ‘soortbescherming cluster baggeren’ (19.066479).
Voordat de werkzaamheden beginnen, wordt een quickscan Flora-Fauna uitgevoerd om gebied specifieke beperkingen en informatie over verspreiding van soorten te verzamelen. Veldwaarnemingen tijdens het inpeilen en de kwaliteitsbepaling worden toegevoegd aan de quickscan.
Tijdens de broedvogelperiode (februari t/m augustus) wordt voorafgaand aan de werkzaamheden geïnspecteerd of er broedende vogels en nesten aanwezig zijn in water of aan de oevers. Deze inspectie wordt uitgevoerd door een onafhankelijk ingehuurde inspecteur die ten minste op niveau 1 gecertificeerd is volgens de gedragscode Wet Natuurbescherming.
Voorbeeld:
Indien nesten worden aangetroffen, worden ze kort voor aanvang van de werkzaamheden gemarkeerd en wordt er een bufferzone van vijf meter rondom het nest ingesteld waarin niet gewerkt wordt. Als het niet mogelijk is om voldoende afstand tot het nest te bewaren, worden de werkzaamheden uitgesteld. Na afronding van de werkzaamheden wordt de markering direct verwijderd om predatie door kraaien of vossen te voorkomen.
Waar mogelijk wordt bagger en plantenresten op de kant afgezet. Als dit niet mogelijk is, worden ze verzameld en afgevoerd. Hierbij wordt rekening gehouden met het behoud van kwetsbare plantensoorten en nesten of winterverblijfplaatsen van grondgebonden dieren, zodat deze zo min mogelijk worden verstoord.
-Machines rijden stapvoets (5 km/u) langs de watergang en over onverhard, begroeid terrein zodat kleine dieren de kans krijgen om zich tijdig te verplaatsen.
-Wij werken in één richting, indien mogelijk vanaf de dichte zijde naar het open water, om vissen en andere dieren niet in te sluiten en de mogelijkheid te geven om te vluchten.
-Wij voeren werkzaamheden uit in de daglichtperiode, zonder gebruik te maken van kunstlicht om verstoring van vleermuizen en andere dieren te voorkomen.
-Watergangen worden uitsluitend gebaggerd wanneer de watertemperaturen lager is dan 25 graden Celcius of wanneer er een maximale ijslaag van 3 centimeter aanwezig is, om zuurstofloosheid te voorkomen.
In 2020 is voor het eerst gewerkt in de flora- en faunaperiode volgens het werkprotocol, en uit de evaluatie is gebleken dat dit geen schade heeft veroorzaakt.
De algemene zorgplicht is van toepassing op alle locaties, dus ook op locaties waar het gebruik van de gedragscode niet vereist is omdat er geen juridisch beschermde soorten aanwezig zijn. Op locaties waar wel juridisch beschermde soorten voorkomen, wordt het gebruik van de gedragscode beschouwd als een manier om invulling te geven aan de algemene zorgplicht.
Door ook in het F&F seizoen te baggeren verbeteren we continue de waterkwaliteit. Hierdoor kunnen de dieren en planten beter groeien en bloeien.